Wat is deze reis precies?

VIA DE LA PLATA is een pelgrimsweg van SEVILLA (zuid Spanje) naar SANTIAGO DE COMPOSTELA (noord-west Spanje), en is ruim 1000 km lang.

Ik heb al naar Santiago de Compostela vanuit Frankrijk gelopen, en ook vanuit het midden van Portugal.
Op 22 augustus, 2008 vlieg ik naar Sevilla en hoop dan in 5½ week van daar, dwars door Spanje, naar Santiago de Compostela te lopen.

dinsdag 30 september 2008

De 38ste dag. SANTIAGO de COMPOSTELA

Volgens mij hebben ze bij het uitzetten van de laatste route geen berg overgeslagen. Het was maar 16 km. maar ik was bekaf.
DANKBAAR, TROTS, BLIJ enz. dat ik dit heb kunnen volbrengen.


Eindpunt eindelijk in zicht

Nog even...

De klokken luiden al

We zijn er eindelijk

Pelgrim's steen

De Heilige Deur


We waren nog op tijd voor de 12 uur mis. Erg mooi. Het wierookvat zwierde de hele kerk door.

Enorme gewelven

Prachtige ramen

Wierookvat klaar voor de ronde

Deur poort

We gaan ons nu inschrijven in het semenarie waar we 2 nachten kunnen slapen voor 20 euro. Dan rusten en de stad bekijken.
En tot slot:

Theo, Eric en Edeltraud. Mijn loopmaatjes vanaf het begin.

Ook alle mensen die me geschreven hebben via het gastenboek bedankt, erg leuk.

de 35ste - 37ste dag. van Ourense tot Outera

Van Ourense naar Cea, ruim 20 km. begon slecht. Eerst 1 uur door het industriegebied en dan 1,5 uur steil naar boven over een asfaltweg naar Castro de Beiro. Daar stond de steen met het opschrift Santiago 99 km. Kort daarna lekker in het hooiland liggen luieren. In Linares gegeten en dan over een middeleeuws bruggetje bij Ponte Madras naar Cea.

Nog 99 km

Middeleeuws bruggetje

Van Cea naar Castro Doron. We kunnen een makkelijke en een moeilijke route nemen , maar de laatste is 10 km. langer. We nemen natuurlijk de lange. We doen dit om het klooster Monastario de Santa Maria Oseria te bezoeken. We worden in het klooster door een mevrouw rondgeleid.

Monastario


Romaanse Madonna

Veel te platte bogen

Prachtig altaar

Prachtig. Gedeeltelijk Romaans met afleidingen naar Gotisch. De bogen zien er zo plat uit dat het volgens mij nooit blijft hangen. Omdat we ons netjes gedragen mogen we ook met de monniken naar het 1 uur gebed. Ze zingen en bidden Psalm 127 en 128. Maar heel anders dan bij ons. Allemaal 2 regels per vers. Daarna lopen we na een paar machtige klauters naar Castro Doron.

naar Castro Doron

Een pelgrim met ook zere voeten

Gratis fruit voor pelgrims

Albergue in Castro Dozon

De volgende dag maken we de route af en wandelen we naar Laxe een plaatsje met 70 inwoners. In de refugio is alles aanwezig. Een prachtige keuken , maar geen winkel in de buurt. In het industrie gebied van Lalin is een restaurant waar we wat kunnen eten. Later hebben we in een boomgaard lekker in de schaduw wat liggen luieren.
Laxe -Outera (a vedra) Een heel eind, ruim 35 km.. Na 2,5 uur komen we in Silleda, er is markt. Eric heeft zin in PULPO en dat kan daar. Pulpo zijn stukjes gebakken inktvis. Een vrouw doet een hele inktvis in een ketel gloeiend water en als hij gaar is knipt ze van de tentakels kleine stukjes af die ze bakt. Mij niet gezien.

Inktvis

Dolly Parton

In Ponte Ulla doen we boodschappen want in de Alberge is niets te koop. Dat hebben we geweten. Mijn rugzak die normaal 12 kg. weegt krijgt er 3 kg. bij. Dan moeten we 250 m. omhoog klauteren. Maar als we boven zijn is het leed gauw weer vergeten. Want na de soep eten we RIJST met BOTER en SUIKER.

donderdag 25 september 2008

De 34 ste dag. Ourense

Over de route is niet veel te vertellen, bijna de hele dag over de weg. De uitzichten zijn wel mooi. Omdat we bijna de hele dag zakken zijn we al om 2 uur in Ourense.

Ourense kathedraal
<
Plaza Major

Alberge buiten

Alberge slaapzaal

Na het douchen en wassen gaan we een stadswandeling maken en de kathedraal bekijken. Vanavond gaan we daar naar de mis. Er is weer een keuken.
Alle schrijvers in het gastenboek bedankt. Erg leuk om om contact te hebben.

De 33ste dag. Xunqueira de Ambia

Na de klim van gisteren heb ik mijn rugzak afgedaan en met mijn bezwete rug in de koude wind gezeten. Vandaag snip verkouden dus. De route van vandaag is het restje van gisteren en nog geen 15 km. Komt mij goed uit.

Kloosterkerk


Alberge

Xunqueira de Ambia is een oud stadje met een beroemde kloosterkerk, de Collegiate de Santa Maria la Real. Er is een alberge met een keuken en we koken weer zelf. Na het eten ga ik naar bed en hoop morgen weer fit te zijn.

de 32ste dag. Vilar de Bario

We vertrokken laat voor ons doen nl. 8.30 uur. Al gauw komen we door een paar dorpjes die tussen de groentetuinen in het dal liggen. nl Soutelo en Tamicelas. Ze hebben beide ongeveer 50 inwoners. Daarna komt het.
We moeten klimmen van 480 m. naar 960 m. over kleine rotspaadjes, maar de omgeving is schitterend. Mooie paarse heidevelden met allerlei gekleurde wilde bloemen er tussen. Na ca. 3 uur wandelen bereiken we het hoogste punt. In Albergueria is een bar. Aan de muren hangen honderden schelpen met de namen van pelgrims die er opgestoken hebben. We hebben onze namen ook in een schelp geschreven en opgehangen. Naar Vilar de Bario is het nog 1,5 uur wandelen. Maar door alle braamstruiken is het wel 2 uur geworden. Er is een keuken DUS...

31ste dag. Laza

Het regende dat het goot toen we wakker werden. De regenkleding werd klaar gelegd, maar toen we vertrokken werd het droog en dat bleef de hele dag zo. JACOBUS zorgt voor ons. Een prachtige maar lange tocht; ca. 36 km.

Wegwijzer zegt regen

St Jacobus

We hebben de hele dag op ongeveer 1000 m. hoog gelopen met prachtige uitzichten. In de diepte lag de Embalsa de Portas, een erg groot stuwmeer. Na ongeveer 5 uur lopen kwamen we in Campobercerros. Een klein vervallen dorpje maar met een bar, daar hebben we onze lunch gebruikt. Dan zakten we van ca. 900 m. naar Laza op ong. 480 m.Dat was 3.5 uur lekker naar beneden. In Laza konden we zelf weer koken. Soep met pannenkoeken . HEERLIJK:

dinsdag 23 september 2008

De 28e, 29e en 30ste dag

Het is de 28e dag en we gaan naar Requejo.
Vanmorgen vertrokken we en we hebben door veel kleine dorpjes gewandeld. Het één is nog meer vervallen dan het andere. In Remesal stond bijna geen huis meer overeind (zie foto links).

Otero de Sanabria is een grotere plaats met een burcht bovenop een berg (zie foto links). We hebben daar koffie gedronken en heerlijk uitgerust. Naar Requejo is het dan nog ca 3 uur wandelen. Naast de Rio Castro hebben we onze lunch gebruikt. Bij ons eindpunt stonden Alex en Casper ons al optewachten om ons de refugio te wijzen. Helaas er is geen keuken.

De 29e dag. 20 september. Naar Lubian.
Weer een prachtige dag. Eerst nog 3 uur over lange bergpaadjes, waar het hoogste punt van de tour ligt: n.l. 1355 meter. Tevens ligt er ook het plaatsje Terraso, waar we café au leche gedronken hebben. Daarna een klein stukje over de weg en dan over een smal paadje naar beneden naar 1024 meter. Daar wachtte ons een prachtige herberg met alles erop en eraan voor maar 3 euro per nacht en we kunnen weer zelf koken.


Een hele klim

Zo langzaam gingen we

Meer dan 1000 meter hoog

Herberg in Lubian

De 30e dag. A Gudina.
Lubian ligt op 1024 meter boven NAP. We zakken eerst naar zo'n 900 meter, maar nu komt er de kneep. Daarna moesten we weer klimmen naar 1262 meter. Erg steil en veel losse stenen. Na 3 uur kwamen we in een heel klein dorpje. Maar er was geen bar. Maar bovenaan het dorp aan de N525 lag een restaurant en daar hebben we koffie gedronken. De rest van de weg was een beetje op en neer. Over een uitgestrekte bergrug met veel grote stenen en lage struiken. We kwamen om ongeveer 3 uur op onze bestemming aan. A Gudina. Om 6 uur goot het er van de regen, maar we hopen dat het morgen weer droog is.

donderdag 18 september 2008

De 26e & 27e dag

Vandaag wat foto's en weer een gesproken bericht.
Klik op de knop hieronder.

Stuwmeer

Prachtige dag

Klimmen en dalen

Bidkapelletjes langs de weg

woensdag 17 september 2008

Herberg, albergue of refugio

Er is me gevraagd wat nu precies die herbergen zijn, waarin we slapen. Hier in Spanje worden ze albergues of refugios genoemd. Ze zijn alleen voor de pelgrims oftewel peregrinos. Toeristen mogen er niet in slapen.
Ze worden vaak door de overheid gerund, maar ook wel privé. Soms is het in een zaal van een oude kerk, of soms is het b.v. een stenen schuur.
Het slaaplokaal heeft bijna altijd stapelbedden, met alleen maar een matras. Een slaapzak moet je zelf meebrengen. Er zijn altijd minsten 10 bedden en in de grotere steden soms wel 100 bedden op één zaal. Dames en heren zijn niet gescheiden.
De was- en toilet gelegenheden zijn ook niet altijd gescheiden voor "hem" en "haar". Er zijn ook niet altijd douches met warm water.


Albergue de peregrinos

Stapelbedden

Was gelegenheid

Douches. Soms geen deuren

Soms een keukentje

Soms wasmachines

Soms kan je er een warme maaltijd krijgen (tegen een redelijke betaling van 9-15 euro) en soms is er een fornuis met wat potten en pannen waar je zelf kan koken. Er is ook meesal en zaal met lange tafels en banken waar je kan zitten en eten.
Het geheel ziet er uit als een soort jeugdherberg. De overnachtingskosten varieren, maar zijn meestal maar zo'n 5 euro per nacht (zonder eten).